zaterdag 6 mei 2017

Heroquest: De wraak van Morcar - deel 3

Quest 7: De verdwenen tovenaar (bis)

's Ochtends zit de Elf aan de ontbijttafel alsof er niets is gebeurd. Hij doet erg geheimzinnig over waar hij de voorbije dagen geweest is en waarom. Elfen!
Nadat hij op de hoogte is gebracht over wat ze hebben meegemaakt vraagt Mentor welke queeste ze willen ondernemen. De barbaar ziet zo'n Chaos bolwerk vol malse orcs die per kop veel goud opleveren wel zitten. De Elf volgt z'n eergevoel en wil de vermiste tovenaar Karlen opsporen en de eerder gefaalde missie recht zetten. Jaques de Dwerg krijgt de beslissende stem en kiest voor: WRAAK! Zijn nachtmerries over stenen beelden zullen dan misschien ook eindelijk stoppen. Ondertussen zijn ze ook kampioenen van het Rijk (twee van hen toch al) én beter bewapend en beschermd. Dus wat kan er mis gaan?
Mentor wenst hen het allerbeste en ze reizen weer richting ruïne waar het de vorige keer fout liep.

Via de gekende brokkelige trap dalen de helden af in de duisternis. Onder de losse steen waar de Elf vorige keer bijna z'n nek over brak vindt Ahnuld een buideltje met... goud! Een gunstig teken!
Maar in de volgende kamer blijkt er toch iets veranderd in de oude ruïnes. Een ziekelijk groen vuur flakkert in de open haard en enkele skeletten staan op wacht, waar ze vorige keer duidelijk alle ondode tegenstanders vernietigd hadden. Eén van hen is getooid in zwaar roestig pantser met een dikke bijl vast. Geen tijd om na te denken, de Barbaar chargeert met z'n dikke strijdbijl, gevolgd door z'n kompanen en even laten liggen er alleen nog beenderen en oud stof verspreid op de vloer.


Het is al even geleden dat ze in de ruïne waren en de vorige keer was het ook nogal hectisch, dus de weg is niet meer zo duidelijk. Ze besluiten de zuidelijke vleugel opnieuw te verkennen. In een nis die uitgeeft op de rest van de kamers activeert de Elf per ongeluk een magische val en een enorme vuurbal vormt in het midden van de kamer! De dwerg werpt zich instinctief in de aangrenzende ruimte en komt terecht tussen nog een hoop wandelende skeletten, die hem zonder aarzelen verwelkomen op hun unieke manier.


Iets later komen de barbaar en een licht aangebrande Elf hem helpen. Na nog een meute skeletten tegen te komen wordt een kamer met een open kist ontdekt waar de Elf vorige keer dat rare flesje met de purperen vloeistof vond. De Barbaar gaan binnen om de kamer toch nog eens te onderzoeken en... valt in een put. Terwijl de anderen op het gemak terug kuieren wegens niets te vinden besluit hij toch nog eens te zoeken naar schatten en vindt een roestig flesje met daarop een doodshoofd. Ahnuld kapt dit instinctief in één teug binnen en verslikt zich bijna in vergif. Goed bezig daar.
Dan is het tijd om één van hun grootste angsten het hoofd te bieden... de gevreesde stenen beelden die het andere stuk van de kerker bewaken! Ze benaderen de gangen uiterst tactisch (stap voor stap met een ei in de broek) en de Barbaar gaat voluit op één stenen krijger terwijl de Dwerg de andere voor z'n rekening neemt. 


Ahnuld was vergeten hoe stevig zo'n stenen beeld kon zijn en doet géén schade, terwijl de Dwerg met één houw van z'n slagzwaard het andere beeld in gruizelementen slaat! Na enkele rake klappen te incasseren kunnen ze mits team work (over mekaar springen en afwisselend op het beeld slaan) het tweede beeld ook slopen om dan te ontdekken dat verderop nog twee stenen wachters staan opgesteld. Dezelfde tactiek wordt herhaald en terwijl de Elf en Barbaar het laatste beeld tot steengruis herleiden verkent de Dwerg alvast de verdere gangen. Die blijken gespaard van vallen of andere onprettige zaken. Een deur leidt naar een andere vleugel van de kerker. Als de Barbaar deze voorzichtig open duwt blijken twee mummies op wacht te staan. De eerste is geen partij voor de machtige strijdbijl maar de tweede blijkt van een iets ander kaliber en houdt alle drie de helden even op. Maar één mummie houdt het ook niet al te lang uit en nieuwsgierig betreedt de barbaar de andere kamer. Hij staat oog in oog met twee skeletten en... een Gedrocht! De tovenaar kan niet ver meer zijn!


De elf is bij de pinken en gooit z'n heilig water op de skeletten om de tegenstand uit te dunnen, terwijl de Barbaar naar goede gewoonte het monster te lijf gaat. Dat houdt Ahnuld even bezig, tot ook Jaques zich komt moeien. Exit Gedrocht! Eerst wordt de oostelijke kamer verkend, waar ook weer skeletten en een mummie een oud arsenaal blijken te bewaken. Ahnuld heeft hier geen zin in en gooit het laatste heilig water op de ondode wezens, die meteen tot stof vergaan! Tussen de roestige wapens en nutteloze bepantsering valt één blinkend harnas van uitstekende makelij op: het Harnas van Borin, een legendarisch en verdwenen plaatpantser dat zou dateren van de Oorlog tegen Chaos! Ook de barbaar is nu een wandelende tank!

De Elf stelt zich op naast de deur om te assisteren met z'n speer en de dwerg opent aarzelend de laatste kamer... waar een zombie in gescheurde tovenaarsmantel naast een alchemistentafel vol rommel en een vervaarlijke Chaoskrijger hen opwachten. De zombie gaat de Dwerg te lijf en doet hem niet alleen fysiek pijn maar treft ook zijn geest! Beseffend dat er geen kans meer mag worden gegeven aan de machten van het kwaad wordt de zombie in stukken gehakt, waarop de barbaar de krijger te lijf gaat. Die houdt even stand tegen de drie helden maar moet uiteindelijk het onderspit delven.


Op de tafel worden perkamenten en aantekeningen gevonden die bewijzen dat de zombie wel degelijk Karlen was! Tijdens illegale experimenten met chaosmagie werd hij verzwolgen door de krachten die hij probeerde onder controle te krijgen. In diens persoonlijke kist worden wel tweehonderd goudstukken gevonden die de helden eerlijk onder mekaar verdelen. Met het nodige bewijsmateriaal keren de helden naar de hoofdstad terug.

Mentor reageert bedroefd op het slechte nieuws maar eert de helden om hun moed en dan toch eindelijk het mysterie van de verdwenen tovenaar op te helderen. Een stevige klap voor het moraal van de troepen in de nakende oorlog tegen de orks! Ieder ontvangt de beloofde beloning van wel honderd goudstukken uit de staatskas en die wordt er meteen doorgedraaid in de smidse aan pantser en wapens! De Elf koopt zich een kruisboog, en de Barbaar huurt een boogschutter in via het Krijgersgilde om mee te nemen op de volgende queeste.

Die avond wordt ook de Elf dan eindelijk tot Kampioen van het Rijk geslagen! Hij ontvangt nog eens 250 goudstukken en het lidmaatschap van de gildes. Uitzonderlijk voor een Elf om tot het Magiërsgilde te worden toegelaten! In tegenstelling tot de tovenaar dient hij niet eerst wekenlange studies te doorlopen maar kan meteen alle kennis opnemen en toepassen. Daarna wordt er opnieuw gefeest tot in de late uurtjes!
Mentor spreekt de Elf over wat er aan de hand is binnen de gesloten Elfengemeenschap, blijkbaar werd de Elf een queeste aangeboden die van de hoogste kringen zou komen (de Koningin zelf hoogstwaarschijnlijk). Deze zou dienen om de kunde van de Elf te testen voor hij de ware reden en missie zou toegewezen krijgen. Iets wat het lot van de gehele wereld zou kunnen bezegelen en dus niet zomaar aan iedere Elf kan worden toevertrouwd...
Ook is de Keizer op zoek naar de Ster van het Westen, een legendarische diamant voor op z'n Keizerlijke banier die de concurrerende provinciën finaal zou kunnen verenigen en een voordeel zal bieden bij de oorlog tegen de orks.

De volgende ochtend overtuigt Ahnuld onze Elf dat eerst nog enkele proeven nodig zijn opdat hij zichzelf waardig kan bevinden zo'n queeste op te nemen, en unaniem besluiten de helden zich klaar te maken om het Chaos bolwerk op te kuisen! Het goud dat op de koppen van de monsters staat kan te maken hebben met hun gedrevenheid.

Bert heeft een nifty timelapse video geschoten van de queeste, mogelijk komt die ooit wel online.

Quest 8: Het Chaos bolwerk

Met een geblindeerde huifkar worden de helden weer richting Zwarte Bergen gereden. Een verkenner leidt hen naar een diepe kloof waarin een verborgen poort toegang verschaft tot een oud dwergenfort uit de Oorlog tegen Chaos! Een groep chaoskrijgers, gelinkt aan het beruchte “Duistere Genootschap”, heeft dit ingenomen met hun ork slaven en bedreigt de omliggende landen. Hoog tijd om finaal dit bastion van chaos op te kuisen! 10 goud per kobold, 20 per orkenkop en wel 30 voor iedere fimir of chaoskrijger. De jacht is geopend!


Met de krijgsman met kruisboog aan zijn zijde dalen Ahnulf en zijn kompanen de verweerde stenen trappen af. De eerste kamers van het bolwerk blijken vergeven van de orks, kobolden en fimirs! Die laatste blijken een vreemd soort magie over zich te hebben gekregen (spoiler: het was Tzeentch!) waardoor ze telkens een extra punt Geest schade doen als ze ook fysiek pijn doen. Auwch! Onze helden vinden hen al gauw niet zo sympathiek meer, gelukkig brengen ze wél hopen goud op! In een andere kamer staan kobolds met slingers opgesteld, die zich stiekem achter enkele valkuilen hebben opgesteld? De Dwerg manoeuvreert zich gewiekst langsheen alle putten, maar de Barbaar heeft minder geluk wanneer hij de kleine deugnieten chargeert. Hij komt werkelijk in iédere put terecht en houdt er de nodige kneuzingen aan over. Wel vindt hij nog een edelsteen in een laars in één van de putten, dus zijn karma is ook weer in balans.
De onfortuinlijke krijgsman heeft echter minder geluk, en komt roemloos aan z'n einde door in één van de valkuilen te sukkelen. Met maar één levenspunt is Ahnuld zijn duurbetaalde scherpschutter op slag kwijt.
De Elf doet weer een magische val afgaan met vuurbal, maar gelukkig kan iedereen deze keer wél tijdig uit de kamer springen voor deze afgaat. Iedereen in het fort wéét nu wel dat er indringers zijn.
De Barbaar vindt opnieuw een roestig flesje met doodskop en jawel hoor... drinkt het ook deze keer in één teug leeg. En is vergiftigd. Waarschijnlijk diende hij te bewijzen dat hij geen ezel is door zich toch tweemaal aan dezelfde steen te stoten... Barbaren!
De gang splitst en er wordt besloten de westelijke verder te volgen. Deze geeft uit op een door de Dwerg tijdig ontdekte valkuil en een wapenkamer, bewaakt door wel twee krijgers van chaos en hun ork slaaf die de helden minstens één geneeskrachtige drank kosten.


Het wapenrek zou een fonkelnieuw schild bevat hebben tussen alle orkenrommel, ware het niet dat alle schilden reeds in het spel waren. In de plaats wordt dan maar een schatkaart getrokken (en ze hebben geluk: het is goud!). De gangen van het bastion worden behoedzaam verder verkend en de Barbaar verrast een rare chaoskrijger in een kamer met een vreemde mozaïek op de vloer. Als hij de krijger aanvalt wordt zijn geest aangevallen door pure chaosmagie! Ook de chaoskrijger is niet helemaal normaal en belaagt de barbaar zowel fysiek als mentaal!
Helden met gezond verstand zouden de vervloekte kamer mijden als de pest, doch niet de Dwerg en Elf! Ze lopen eveneens de kamer in en dienen zich ook te beschermen tegen de corrumperende invloed van het magische oog op de vloer! De chaoskrijger gaat neer tegen deze overmacht, maar in plaats van als de gesmeerde bliksem de kamer te verlaten (wat de Barbaar en Dwerg wél doen) loert de Elf toch gauw nog even in de kast op zoek naar schatten en... krijgt een verstopte fimir in z'n nek! Wat zat die in de kast te doen bij de chaoskrijger? Tijd om hierover na te denken krijgt onze Elf niet want z'n geest wordt verpulverd door zowel de kamer als de fimir en kwijlend blijft hij op de vloer liggen met de blik op oneindig. Exit Elf!


Het monster snelt de anderen achterna maar wordt in de gang door de Barbaar afgemaakt. Ondertussen gaat er vanuit de schaduwen iets met het goud en enkele voorwerpen van de Elf vandoor! Veel tijd om hierbij stil te staan hebben zijn twee kompanen echter niet, want een soort troonzaal wordt gevonden met daarin een chaoskrijger van Khorne met aan zijn zijde enkele orks en kobolden. Een fel gevecht ontstaat, waarbij de orks en helden aan mekaar gewaagd blijken. De kampioen van Khorne, lid van het Duistere Genootschap daagt de Barbaar uit en gaat hem te lijf maar hij wordt onmiddellijk door Ahnuld afgemaakt. Krijgers van het Duistere Genootschap negeren alle schade als ze één zwart schild rollen, en dan rol je tweemaal géén schilden ter verdediging. Exit mini-boss! Hoera voor de Barbaar! Hij scoort een magisch zwaard van de gevallen krijger, namelijk "De Vloek van Ork". En dat is effectief tegen orken zoals z'n naam al doet vermoeden. Nog steeds tevreden met z'n trouwe strijdbijl besluit Ahnuld dit dan maar voor z'n gewonde makker te reserveren.


De noordelijke vleugel van het Chaos bolwerk blijkt niet meteen de moeite. Toch zijn de helden erg op hun hoede, want deze queeste vergde al erg veel van hun fysieke en vooral geestelijke krachten. Ahnuld meent niet nog een confrontatie met verborgen fimirs te kunnen overleven. Na een folterkamer met één miezerige ork folteraar die bijna uit zichzelf gaat liggen, komen ze nog twee fimirs tegen. Gelukkig is de combo barbaar+Dwerg vrij effectief hiertegen én verdedigen ze als echte pro's, waardoor zij het bolwerk overleven!


Eén kamer diep in het fort werd nog niét onderzocht en daar blijkt zich nog een chaoskrijger op te houden met als hobby alchemie. Lang houdt hij het niet uit tegen de supercombo. Op zijn tafel worden perkamenten gevonden met formules en het teken van Tzeentch. Opfikken die handel!
De dwerg vindt een geheime doorgang die leidt naar een kleine nis met daarin een schatkist en... een standbeeld van een gedrocht! De barbaar is nog wakker en ontdekt dat de schatkist een val is die het monster tot leven wekt als deze geopend wordt. Dicht laten is dus de boodschap.


Dan besluiten ze de reeds verkende kamers opnieuw te onderzoeken op verborgen schatten, erg op hun hoede voor dwalende of verstopte fimir's... en ze hebben geluk. Buiten een gifpijl in de nek vinden ze nog enkele zakjes goud, geen dwalend monster komt hen lastig vallen.
De versterkingen staan buiten reeds te wachten (de rookpluimen van de ontplofte kamers zijn van mijlen in de verte zichtbaar) en nemen het over. De Elf wordt naar buiten gebracht en opgelapt, al zal het toch even duren voor hij weer de oude is (of normaal kan spreken zonder te kwijlen).

Tijdens z'n recuperatieperiode heeft Mentor het regelmatig over de geheime opdracht die hij verkreeg van het Hof. De Keizer blijft ook aandringen de queeste naar de Ster van het Westen op te nemen, want de dreiging van de orks begint verontrustende proporties aan te nemen.
De Barbaar en Dwerg genieten ondertussen van een welverdiende frisse pint bier en vervangen de verloren uitrusting van de Elf met het vele goud dat de premies opleverden.

Wordt vervolgd...

Geen opmerkingen: